Je huis, dat ben jij

Als je jong bent, heeft een verhuizing vaak een positieve aanleiding. Studie, samenwonen, kinderen, werk. Een nieuwe fase in je leven, waar je nauwelijks op kunt wachten. Je verhuist bijna fluitend van een studentenkamer naar een starterswoning naar een eengezinswoning.

Het huis waarin je je gezin grootbrengt, je je werkende leven doorbrengt, dat huis betekent veel voor je. Het vertegenwoordigt de levensfase van opbouw, waarin alles nog open ligt. Je kiest mooie dingen uit om het in te richten. Servies, bank, bureau. Je verzamelt er waardevolle dingen. Foto’s van je gezin, een Moederdagcadeautje van je zoon, die designstoel waar je jarenlang naar zocht, souvenirs van vakanties.

Je huis weerspiegelt je leven. Je brengt er lief en leed door met je partner, kinderen, familie en vrienden. Jaren- en jarenlang. Je huis, dat ben jij.

Maar dan merk je na 45 jaar dat de tuin te groot wordt om te onderhouden. De trap te steil. De straat te leeg. Je denkt na over verhuizen naar een appartement of seniorenwoning. Maar dat betekent afscheid nemen. Afbouwen.

Verhuizen wordt een enorm ding. Letterlijk en figuurlijk. Niks fluitend. Te veel spullen moeten mee, want je wilt je leven niet opruimen. Zenuwen spelen op. Voor sommigen een reden om de verhuizing uit te stellen. Heel begrijpelijk.

Wij zien onze klanten vaak worstelen met de beslissing om te verhuizen. Zeker als die plotseling komt. Maar als het eenmaal met wat hulp toch is gebeurd, horen we gelukkig vaak dat het nieuwe huis na een aantal weken toch weer een thuis wordt.

Want of je nu 25 of 85 bent, je huis, dat ben jij.

Reacties zijn gesloten.